Totaal aantal Berichten: 43265
Geregistreerd: 26-02-2005
- Overig Jaguar 3.4 litre saloon
- Overig Someca SOM 20D
- Overig Volvo C70n
Godinnengekte
Wat bindt een mens met een auto? Fraaie lijnen? Fraaie techniek? Passie of juist de ratio? In een DS kun je het allemaal vinden. Het is maar net hoe je zo’n dame bekijkt. Altijd op het gevaar af er zwaar verliefd op te worden. Begeerlijk is een grote Citroën eigenlijk altijd. We zijn er met zijn allen gek op. Maar wordt je er op den duur ook gek ván?
Jarenlang reed ik DS. In mijn, toen nog wat jongere, ogen de beste klassieker die er was. Van ID19b tot Break en van DS19 tot DS21 Cabriolet: allemaal heb ik ze gehad, gered en gerestaureerd om ze vervolgens op te rijden of te verkopen. Met leer, stof of skai, blote billen schrapersuitvoering of Injection Electronique Pallas. Als het een D-type was vond ik het mooi. Na de D-typen kwam er een SM. En na de SM was het over. De liefde was bekoeld, de frustratie over reparaties, slechte onderdelen en roest voerde de boventoon. Er kwam een Mercedes-Benz. Punt.
Nu staat er sinds enkele dagen weer een D-type op het pad. Een witte Dsuper met rood stoffen interieur en stuurbekrachtiging. 83.000 originele kilometers. Een goed chassis en OK plaatwerk met wat aandachtspunten. ’t Is een sympathiek ding. Maar is het genoeg om de vlam van de oude liefde uit de as te doen herrijzen? Ik vraag het me af.
Dit D-type, feitelijk een ID20, rijdt lekker. Het is een fris en fruitig apparaat. Het 1985 cc 99 pk motortje met tweetraps Weber carburateur snort er op los. Het stuurhuis is gezond, de remmen voelen goed en vertrouwd aan en de nieuwe stoelen zitten top. Het witte gevaar gaat vlotjes naar 100 km/h en cruisen met 130 kan probleemloos, bij rond de 4000 toeren. Want nou ja, het is een 4 bak hé…
Instappen is als thuiskomen, maar dan bij je ex-vriendin. Contactslot links, starten, gordeltje om en nadat de rijhoogte is bereikt lekker op pad. Zo’n DS (of ID, hoe je het ook noemen wilt) is ontstaan uit een goed concept. De wegligging deugt, de zitpositie deugt. De bak laat zich prettig schakelen, de pedalen staan op de goede plaats. Het idee achter het D-type is gewoon goed: we maken een auto die zich makkelijk, comfortabel en vlot rijden laat. Ook in de regen. Ook op slecht wegdek. Sterke verlichting aan de voorzijde maakt dat je ook ’s nachts lekker kunt opschieten. Veel ruimte in het interieur en een grote kofferbak: alles waar ik vroeger mijn D’tje zo om waardeerde is er nog steeds. Maar na de afgelopen jaren een aantal andere klassieke auto’s te hebben gehad en de nodige kilometers te hebben gemaakt met andere klassiekers van vrienden ben ik ook de tekortkomingen van de D-typen gaan zien die ik vroeger niet zag. Liefde maakt dus toch blind?
Eén van die tekortkomingen werd al op weg naar huis in de regen duidelijk: de ventilatie. De capaciteit van de kachelradiateur is vrij beperkt, wat ook wel duidelijk wordt als je naar het formaat kijkt. Maar de tamelijk zwakke kachelblower helpt dan ook niet echt, waardoor het al snel kiezen wordt. Warme voetjes of een schone voorruit? Het gaat allemaal nét, maar het houdt in ons klimaat niet echt over. In mijn eigen Mercedes uit 1965 is dat bijvoorbeeld veel beter voor elkaar. Om nog maar te zwijgen van het systeem in m’n buurtgenoot z’n Volvo 144!
Daarnaast is er dan het windgeruis en motorgeluid. Heel makkelijk te verklaren natuurlijk: de motor staat maar vier centimeter van het schutbord en de portierruiten hebben geen omlijsting. Dat ga je bij 130 km/h echt wel horen. Met die deuren is nog iets aan de hand: ze zijn licht gebouwd en hangen op twee dunne pennetjes. Gooi je de deur dicht dan rammelt er van alles en na verloop van tijd gaan de bovenkantjes inscheuren, een kwaal die ik nog erg goed ken van mijn vroegere D’s.
Dat brengt mij gelijk naar het hoofdstuk kwaliteit. De rijkwaliteiten kun je gerust geweldig noemen. De bouwkwaliteit is dan toch wat anders. De genoemde rammeltjes in de portieren en inscheuren van de randjes, het goedkoop aanvoelende harde plastic van het dashboard (iets wat bij de modellen tot 1969 gewoon goed in orde was), kromtrekkende deurpanelen, scheef gemonteerde achterlichten en de knipperlichten die toch wat rommelig gemonteerd werden in de trompetten. Vroeger vond ik het allemaal geen enkel probleem. Nu denk ik dan toch “tja, jammer…” En dat brengt me ook op het punt van het herstel. Want hoe ongelofelijk goed zo’n Snoek ook rijdt, de keerzijde is dat ie ook stuk kan. En gaat…
Uren, dagen, weken, nachten heb ik in mijn garage doorgebracht. Of op de stoep, op de oprit en langs de straat. Remschijven wisselen? Een dag klussen. Koppeling? Minimaal 8 tot 10 uur. Of een distributieketting, hup motor er uit… of er brak een leiding die op een onmogelijke plek door een dorpel loopt. Was je weer een paar dagen verder voor je alles netjes geregeld had. Reparatievriendelijkheid is écht een zwak punt van dit verder zo leuke en goed doordachte concept. Over roest zal je me niet horen, alle ouwe wagens roesten. Volvo’s, BMW’s en Benzen, alles rot en lost op. Maar het dunne plaatwerk van de DS maakt wel dat het een uitdaging blijft om alles netjes strak op het chassis te houden. Mooie naden krijgen (en houden) kan een dag werk zijn en het verloopt met de tijd toch wel weer.
Het laatste wat mij te denken gaf was het volgende: in de jaren dat ik DS reed, zeg van ’95 tot ’05, schroefde ik mijn wagens lekker in elkaar met NOS onderdelen. Nieuwe ouwe voorraad. Spullen van de planken van gestopte dealers, via vriendjes en handelaren opgesnord. Die dagen zijn voorbij. Tegenwoordig moet het met nieuw aangemaakte onderdelen en over de kwaliteit van sommige van die spullen kan ik nog wel een bladzijde volschrijven.
Dit alles deed me denken: zou ik weer kunnen en willen leven met zo’n Franse dame? Zou ik haar d’r nukken, grillen en grappen kunnen vergeven? Het antwoord is duidelijk: nee. Het voelt toch een beetje als sex met je ex. Hét moment is passioneel en uitdagend, maar daarna weet je eigenlijk ook weer snel waarom je bij haar weg ging…
De liefde is definitief voorbij. Maar als buitenvrouw, als minnares voor één nacht, voldoet ze uitstekend.
Tekst: waterman, foto’s: Penny Lane
Ik ben niet arrogant. Ik ben de beste.
gediplomeerd Citroën Specialist!
Doneer, zo blijven we draaien!
disclaimer: al mijn adviezen komen voort uit opleidingen en professionele werkervaring. Let op, gebruik van mijn tips, trucs en adviezen geschiedt op eigen risico en autotechnische kennis is een vereiste
Totaal aantal Berichten: 399
Geregistreerd: 08-08-2010
- Berlingo Multispace. 1.6-16V
Waterman, je bent een praktisch poëet !
Totaal aantal Berichten: 43265
Geregistreerd: 26-02-2005
- Overig Jaguar 3.4 litre saloon
- Overig Someca SOM 20D
- Overig Volvo C70n
Dank, dank, maar da’s te veel eer
Ik ben niet arrogant. Ik ben de beste.
gediplomeerd Citroën Specialist!
Doneer, zo blijven we draaien!
disclaimer: al mijn adviezen komen voort uit opleidingen en professionele werkervaring. Let op, gebruik van mijn tips, trucs en adviezen geschiedt op eigen risico en autotechnische kennis is een vereiste
Totaal aantal Berichten: 7580
Geregistreerd: 03-04-2006
- C35 RD
- C3 1.4 Exclusive
Ik herken wel iets.
Totaal aantal Berichten: 1344
Geregistreerd: 27-03-2011
- 2CV 2CV6
- Overig Mobylette
- C5 2.0 automaat
- Ami 8
- GS/GSA 1130 berline
- ID/DS 19b
Dank. Mooi verhaal en herkenbaar. Ik ben het ook wel eens helemaal zat. Ik twijfel ook wel eens. Maar zoevend rijdend over de Franse wegen, in de Belgische ardennen…. dan vervaagt dat allemaal. Laatst met mijn broer door de Hoge Venen gereden, op weg naar een beurs in Malmedy. Natuurlijk wat beslagen ruiten, de ruitenwissers aan-uit met het kleine knopje, water ruisend en suizend in de wielkasten, maar strak en comfortabel sturen voerde de boventoon. En niet te vergeten: Contact met mensen: op de camping, de parkeerplaats, het dorpsplein, duimpjes omhoog onderweg. Mensen die je niet kent maar terug in de tijd ontroeren, hun levensverhaal spontaan gaan vertellen. Ook daar heb ik nog steeds wel een rauwrandje, rugklacht en een matig onderdeeltje monteren voor over. Dat ik dat doe met ID, GSA en Ami zegt trouwens verder niets anders dan dat ik toevallig citrofiel ben. Met een mooie 220D of RO80 bereik je hetzelfde effect: ouwe meuk maar heel erg leuk.
VrGrJ
Citroën, dat rijdt pas fijn
Totaal aantal Berichten: 43265
Geregistreerd: 26-02-2005
- Overig Jaguar 3.4 litre saloon
- Overig Someca SOM 20D
- Overig Volvo C70n
Dat contact maken, dat klopt helemaal. Maakt niet uit of je in een DS, een Amazon of Mercedes rijd. Met mijn huidige lijk, een 190c uit 64, maak je net zo veel contact als in een ds. Het rijdt alleen… ehh… anders..
Ik ben niet arrogant. Ik ben de beste.
gediplomeerd Citroën Specialist!
Doneer, zo blijven we draaien!
disclaimer: al mijn adviezen komen voort uit opleidingen en professionele werkervaring. Let op, gebruik van mijn tips, trucs en adviezen geschiedt op eigen risico en autotechnische kennis is een vereiste
Totaal aantal Berichten: 1205
Geregistreerd: 17-09-2004
- GS/GSA X1
- XM V6 Pallas
Heerlijk stuk leesvoer weer eens Waterman.
En ergens ook herkenbaar. Na de GSA, CX 22TRS, XM TD12, XM V6 en bovenal de CX 2400ie C-matic was ik het “kwaliteitsgevoel” van de Citro’s zat. Bij mij waren het koelvloeistofdruppels uit een lekke waterpomp die de mentale emmer deden overlopen. Waarna een (ook niet perfecte) Porsche 968 volgde en daarna de wel bijna eng goed gebouwde BMW E46 325Ci.
En toch… toen ik een aanbod kreeg om mijn eigen ouwe GSA weer terug te kopen heb ik geen moment getwijfeld. Al vervloek ik “La jolie putaine” nog vaak genoeg (goh we hebben hier wel wat vrouwelijke metaforen, wat zegt dat over ons?) - een paar dagen Citron Pressé of met de family door Schotland toeren doet je veel vergeten. Maar als je weet hoe degelijk het óók kan, je kijkt er wel anders naar!
Rogier, Citroën GSA X1 1984, XM V6 Pallas 1994, Lexus GS300h 2014
Ex: Xantia HDI Break 2000, CX 22 TRS 1989, XM TD12 1993, P205 Forever D 1995, XM V6 Exclusive 1996, Fiat GrPunto 2006, CX 2400IE Pallas C-matic 1978, BMW 320i 2005, Porsche 968 1994, MB B180CDI 2014, Toyo Prius 2012, BMW 325Ci Cabrio 2005
Mooi epistel Waterman. Gewetensvol betoog. Zeker herkenbaar. Wat in jouw betoog geldt tussen klassiekers onderling: ja, maar de ene is beter in het een, de ander beter in het ander. Die Volvo 144 heeft een veel beter verwarmingssysteem en een betere passieve veiligheid dan een D. Maar van een D is de actieve veiligheid weer groter (nog iets beter zicht rondom, betere wegligging, remmen en desnoods een hardere claxon dan die Volvo). Heb 10 jaar lang een Peugeot 504 berline gereden. Die mankeerde vaker wat dan mijn ID break en maakte op de snelweg nog veel meer herrie met zijn 4 bak. Ach, het blijven appels en peren.
Ik maak echter ook dagelijks de pijnlijke vergelijking met onze moderne vierwielers. En met pijn in het hart moet ik dan vaststellen dat mijn D het dan alleen op de onderdelen ‘sfeer en ambiance’ plus veercomfort redt. Voor het overige doet 45 jaar automobiele innovatie zich dan toch wel gelden. De Volvo’s zijn op vrijwel elk onderdeel vele malen beter. En helemaal in dit seizoen kan ik echter niet zonder ze. Toen mijn vrouw met haar Volvo onlangs betrokken raakte bij een stevige aanrijding en ‘s avonds zonder klachten in bed stapte dacht ik ook: hoe was dit met een D afgelopen?
Al het bovenstaande is terug te brengen tot de eeuwige tweespalt tussen ratio en emotie. De boekhouder versus de dichter. De hang naar zekerheid, veiligheid en geborgenheid versus de aantrekkingskracht van passie, uitdaging en het ongewisse van het avontuur.
Ik denk dat ik hier voorlopig nog niet uit ben….
Citroen ID20 F Break Luxe ‘74, 2CV4 ‘74, Ami 8 berline ‘69 en cours de refection
Totaal aantal Berichten: 11737
Geregistreerd: 06-05-2007
- Xantia TD SX
waterman schreef:Het laatste wat mij te denken gaf was het volgende: in de jaren dat ik DS reed, zeg van ’95 tot ’05, schroefde ik mijn wagens lekker in elkaar met NOS onderdelen. Nieuwe ouwe voorraad. Spullen van de planken van gestopte dealers, via vriendjes en handelaren opgesnord. Die dagen zijn voorbij. Tegenwoordig moet het met nieuw aangemaakte onderdelen en over de kwaliteit van sommige van die spullen kan ik nog wel een bladzijde volschrijven.
Dit is een puntje. Nog niet zo lang geleden deelde je zelf de onderdelenvoorziening van goed naar minder goed in als 1) NOS 2) gebruikt maar intact origineel en 3) nieuwe imitatie.
Inmiddels is NOS slecht te vinden en vaak aan de prijs. Beter duur dan niet te krijgen natuurlijk, maar dat laatste is meer en meer aan de orde.
Het tweede, dat is nog redelijk goed te doen. Er wordt nog steeds zo af en toe een D’tje uit elkaar getrokken en er ligt bij liefhebbers en specialisten nog heel wat. Maar ook daar gaat de kwaliteit natuurlijk langzaamaan van achteruit: stilliggen is niet goed voor veel van die spullen en bovendien gaat het beste spul het eerst op.
En nu moeten we langzaamaan categorie 3, de imitatie-onderdelen, gaan scheiden in 1) prima bruikbaar, 2) prima bruikbaar na wat aanpassingen en 3) niet aan beginnen. Met het idee dat het misschien nooit meer zo goed wordt als het was. Vroeger was alles beter, zeggen ze, maar dat klopt vooral voor klassieker-onderdelen (want de DS is echt niet de enige klassieker die getroffen wordt door een hit-or-miss kwaliteit in de onderdelenvoorziening).
De sport is dus om uit te vogelen welke spullen je goed kunt gebruiken en welke spullen je moet mijden als een enge ziekte. Dat is een vreselijk frustrerende bezigheid, want meestal weet je het pas achteraf. Maar dat is niet in eerste lijn de schuld van Citroën of van de DS natuurlijk. Ik ben wel heel benieuwd hoe zich dat in de toekomst gaat ontwikkelen.
Derk
Doneer, zo blijven we draaien!
Een tip voor de kalender? Een bijdrage voor de voorpagina? Schrijf .(JavaScript moet ingeschakeld zijn om dit e-mail adres te bekijken)!
Totaal aantal Berichten: 232
Geregistreerd: 05-06-2004
- ID/DS DSuper
- C4 (2004-heden) Cactus 1.2 110PK
Mijn eerste herinnering aan een DS gaat terug naar mijn 6e levensjaar…...heb toen al gezegd dat ik “later als ik groot zou zijn” ik zo een auto wilde hebben.
De liefde zat er dus al vroeg in.
Toch duurde het nog 30 jaar voordat ik er een naar mijn idee vond en aanschafte, een D-Super uit 1972.
Ik heb haar nu 20 jaar in het bezit en ondanks de sporadische incontinentie en de roest van de dame is de liefde nog steeds niet bekoeld.
Oke, het sleutelen vind ik met het verstrijken der jaren niet altijd meer leuk maar gelukkig is zij in die 20 jaar betrouwbaar gebleken, de enige keren dat er wat gedaan moet worden is regulier onderhoud of een paar kleine dingetjes voor de apk.
Vergelijken met mijn andere auto (C5-2008) is niet eerlijk, die is namelijk veiliger, krachtiger, luxer dan de dame, maar het is voor mij meer genieten in de dame dan in de C5, geen gelikte windtunnel auto maar een lekkere werk auto waar ik vanzelf in onthaast…
Oude liefde roest bij mij niet…....(de dame roest uiteraard wel, het zij haar vergeven)
waterman schreef:Het voelt toch een beetje als sex met je ex.
Roflol.
Adri
Je hebt het weer voortreffelijk onder woorden gebracht Yuri, een talent om te schrijven heb je zeker.
Ik herken er veel in, heb ook twaalf keer een godin gehad en heb er flinke reizen mee gemaakt. Ze hebben mij nooit in de steek gelaten en in één dag van Noordholland naar het eiland Wight was met de DS geen erg vermoeiende bezigheid.
De ID/DS blijft voor mij de auto van de vorige eeuw, maar veel auto’s scoren beter op een aantal punten. Eigenlijk vond ik de XM een nog fijnere auto als ik zo bruut mag zijn, maar de godin met gedeelde bollen is qua veercomfort onovertroffen.
Ik heb ook een oude Mercedes gehad, een 280S met zes cilinders, maar die stoelen halen het niet bij de DS.
De Jaguar heb ik nu al bijna 43 jaar en we hebben die al eens vergeleken op dit forum met de DS, maar dat is net als de klassieke Mercedes geen vergelijk, wat dan weer pleit voor de buitengewoon eigenzinnige en unieke DS.
Maar als ik zie hoe zo’n nu 50 jaar oude Jaguar in elkaar zit, de wielophanging, de heerlijke zuipmotor en de bijna sportwagenachtige besturing, wat moet je er van zeggen? En met zijn 1700 kg gaat hij in negen seconden 100 km/u, kost een flinke slok, maar het kan.
Tja, ik als oude l*l vind het rijden in de moderne auto leuk en aardig, maar zo’n klassieke bak heeft toch veel meer karakter.
En je hebt het over dure onderdelen? Zoals je weet heb ik de nu 62 jarige Norton in de woonkamer staan en van de week zocht ik naar de prijzen van onderdelen. Een gesmede krukas kost 3100 euro, de cilinderkop bijna 3500 euro.
Waar gaat dat heen?
Maar je hebt een uitstekend verhaal Yuri, kudos.
Goed stuk Waterman.Heel herkenbaar.Ik rij een paar keer per jaar naar Alicante in spanje met mijn D super 5 en elke
keer na een paar honderd kilometer merk ik dat de oude dame er weer zin in krijgt. Dus wie ben ik om haar dat
plezier te onthouden. zo genieten we samen en blijf ik goed voor haar zorgen.
Mooi geschreven Waterman en herkenbaar op sommige punten!
Sinds ik mijn eerste ID19 break in 2000 verkocht heb ik diverse klassiekers gereden (Mercedes 350SLC, 380Sl, Porsche 944) maar de ID is de enige die me nooit daadwerkelijk heeft laten staan aan de kant van de weg. Toch was de incontinentie en het ontbreken van een forum reden om toen afstand te doen.
Wat onderdelenvoorziening betreft, daar loop ik tijdens de restauratie van mijn huidige ID20F break ook vaak tegenaan. Ik denk dat er brood te verdienen is voor een leverancier die onderdelen verkoopt die minimaal aan de Citroën eisen van destijds voldoen.
In de jaren 80 en negentig had je in de tractor wereld (Lanz Bulldog) hetzelfde dilemma, NOS was er niet mee en er werden belabberde imitatie onderdelen gemaakt en verkocht. Tegenwoordig wordt alles in Duitsland gemaakt van een kwaliteit die de originele overtreft.
Qua comfort hoort het erbij dat je tijdens het rijden in een klassieker van de elementen kunt genieten maar dat is mijn mening.
Totaal aantal Berichten: 25568
Geregistreerd: 31-07-2003
- Ami 6
- SM 2.7 i.e.
Ik herken het allemaal! Als je dagelijks DS rijdt is het op een gegeven moment klaar. De SM rijd ik als buitenvrouw. Heerlijk.
Zelfbenoemd Citroën Specialist!
Main Entry: bo·gart
Pronunciation: ‘bO-“gärt
Function: verb
1 : BULLY, INTIMIDATE.
2 : to use or consume without sharing. <don’t bogart that joint, pass it over>
Passie is de term die ik nog niet heb gelezen in bovenstaande verhalen. Maar passie is wel degelijk de basis van alle handelingen van jullie allemaal en van mijzelf. Als je het er voor over hebt om te blijven rijden, sleutelen en soms afzien met onze oude bakken moet je wel zeer gepassioneerd zijn. En dat is mooi! Ik houd van mensen met passie ongeacht waarvoor. Of het nou een autoliefhebber is of een paardenliefhebber maakt mij niet zoveel uit. Als je over de grenzen van het rationele, mateloos veel plezier blijft beleven aan je werk of je liefhebberij, dan vind ik je bijzonder.
Ik heb mijn passies nooit kunnen of laten temperen, ongeacht de vele pogingen daartoe die door vrouw/vriendin, kinderen, buren, vrienden/kennissen, maar ook directies en zelfs overheden zijn ondernomen. 45 Jaar heb ik in het in het onderwijs doorgebracht en ondanks de lage trede op de maatschappelijke ladder en ondanks de problemen die je vrijwel dagelijks kunt tegenkomen zou ik nu voluit gaan voor werken in het onderwijs als ik nu weer 18 jaar zou zijn en een beroepskeuze moest maken. Mijn kinderen -alledrie veertigers en een veelvoud verdienend van wat ik maandelijks binnenharkte- snappen niets van deze passie voor onderwijs.
Ook mijn genoegen om te rijden in- en te sleutelen aan oude voertuigen vinden ze op z’n zachtst gezegd, merkwaardig.
Mijn gekte -want zo kun je mijn passie wel noemen- was er nog niet toen ik in 1969 mijn eerste DS kocht. Ik had gewoon een auto nodig en deze DS lag ergens in Utrecht te vergaan. Voor 100 gulden kocht ik het ding en na een paar dagen popnagelen en prutsen aan versnellingen (het was een halfautomaat uit ‘58) ging ik de weg op. Zonder kennis van zaken had ik de halfautomaat aan de praat gekregen. Ik meen dat de kleur Gris Rose was. Gewoon rijden dus en eigenlijk vond iedereen mij maar gek dat ik in zo’n aftandse Franse bak reed.
Na een paar maanden reed ik de DS aan gort. Ik ging ermee het zand in bij Driebergen en Maarn en op Texel in de duinen rondraggen was grote lol en in de stad voor het cafe de auto 50 keer omhoog en omlaag laten gaan was grote pret. Nu denk ik dat het voornamelijk imponeergedrag was.
Geen passie dus in die jaren. Dat kwam later pas in de jaren 80 na de zoveelste DS en CX voor weinig geld.
Ongeveer parallel aan mijn Citroenbelevingen liepen mijn belevenissen met motoren. Mijn eerste motor in 1968 was een HD 1200 zijklep uit 1937. In het begin was die motor niet meer dan een voertuig. Ook weer voor weinig gekocht. Later kwam er nog een 1200 met zijspan van de Groningse gemeentepolitie en nog een 1200 kopklep van de Belgische Rijkswacht, een Zwaantje dus. Maar nog steeds waren het voornamelijk vervoermiddelen. Ze dienden voor woonwerkverkeer, boodschappen doen en vakantietochten ondernemen. Naast de DS dus. Allemaal heel low budget toen, want ik sleutelde en reviseerde alles zelf en samen met gelijkgestemden.
Pas in de jaren 80 begon ik te doorzien dat het allemaal best wel bijzonder was wat in en voor het schuurtje stond. En ging daar ook naar handelen. Om die oude auto’s en motoren enigszins te ontzien kocht ik wat moderner en strakker rijdend Zweeds of Duits blik. Echt veel gevoel had ik niet met die moderne voertuigen. Ze reden alleen maar en stelden mijn creativiteit maar weinig op de proef. En langzamerhand zijn ze ook allemaal weer verdwenen. De BMW 1200GS, een beer van een motor nieuw gekocht in 2007 nadat ik al mijn HD’s voor goud geld had verkocht. 70000 km in 5 jaar en ik beleefde geen lol meer aan dit perfecte rijijzer. Dus weg ermee en zo ging het ook met mn Volvo 940 stationcar met weinig kilometers. Drie jaar geleden parkeerde ik deze Zweed tegen een boom én ik treurde er nauwelijks om.
Vanaf dat moment tot de dag van vandaag doe ik alles met de Dsuper5. Zomer en winter, met extra kachel en zo betrouwbaar als een Volvo.
En nu…...?
In mijn garage staat een DS break van ‘72. De derde break in mijn leven. Twee jaar geleden gekocht voor weinig. Flink doorgerot. Nu na 2 jaar staat er weer een auto. Ik hoop de break klaar te hebben als ik 70 word in 2020. Douwe Wytske en Idealist volg ik met plezier en ik neem ook ideeën van ze over.
Sinds enige tijd ligt er in m’n garage ook een HD uit 1928. Een JDH, 1200 cc zij-kopklep. Deze motor komt uit Zuid Afrika en is in 1978 met z’n baas naar Nederland gekomen. Vervolgens volledig gedemonteerd en nooit iets mee gedaan. Dus staat er een frame, plaatwerk en dozen en kisten met gruis. Afgelopen dagen ben ik in Raerd (Friesland) geweest bij Gerrit Miedema. Deze aimabele persoon heeft eem museumpje vol stokoude Harley’s. Met zijn ondersteuning en advies ga ik mijn nieuwe HD project te lijf. Maar of de break dan klaar zal zijn in 2020?
Wat een verhaal he. Vliegt zomaar uit m’n toetsenbord en teruglezend denk ik dat er heel veel is overgeslagen. Maar ik hoop dat overgekomen is dat passie voor iets of iemand een heel belangrijke vitamine in je leven is. En ik wens iedereen die leest op dit forum en ook daarbuiten heel veel van deze vitamine toe.
Rinus